24 vragen aan… Delaney Hessels

24 vragen aan…Delaney Hessels

Hij maakte zijn debuut in de Tilburgse hoofdmacht in de prachtige EgeTrans Arena in Bietigheim, ruim 500 kilometer van het voor hem zo vertrouwde Tilburg. Op 3 maart 2019 in en tegen Herne scoorde Delaney Hessels, op de powerplay, zijn eerste doelpunt in de Trappers hoofdmacht. In de 53 duels die hij daarna op het wedstrijdformulier stond, voegde hij hier nog 4 treffers en 16 assists aan toe.

Hoe gaat het met je?

‘Rustig aan hè. Gelukkig heb ik genoeg afleiding en ben ik inmiddels wel gewend aan de situatie.’

Hoe lang heb je gebaald toen er een streep door de play-offs ging?

‘Toch wel een aantal weken. Natuurlijk is gezondheid het allerbelangrijkst, maar na de nederlaag in de vijfde wedstrijd van de finale van vorig jaar tegen EV Landshut telde dit seizoen voor mij alleen het kampioenschap. En dat gevoel leefde binnen heel de spelersgroep. Dan is het heel zuur om niet voor de prijzen te kunnen strijden. Zeker omdat het zelfvertrouwen heel groot was om ver te komen in de play-offs.’

Wat doe je in de periode van eind april tot begin augustus?

‘Eigenlijk hetzelfde als tijdens het seizoen. Ik zit in het laatste van mijn opleiding tot schilder aan het ROC. In het kader van deze studie heb ik een contract voor drie dagen bij Ton Schilders Schilderwerken. Verder breng ik tijd door met mijn vriendin, chill ik met vrienden en blijf ik in shape door samen met Reno (de Hondt) en Tijn (Jacobs) te trainen.’

Hoe ben je ooit met ijshockey begonnen?

‘Mijn neefje, Justin van der Ven, begon op vierjarige leeftijd met ijshockey. Ik ging regelmatig kijken, maar was niet direct wild enthousiast. Ik was meer een voetbalmannetje. Nadat Ninho ook bij Trappers gestart was, besloot ik hun voorbeeld te volgen. Beide sporten heb ik tot mijn tiende gecombineerd. Daarna heb ik gekozen voor dat wat ik het leukst vond, namelijk ijshockey.’

Waarom speel je met rugnummer 28?

‘Ik vind een dubbel nummer het mooist. In de jeugd speelde ik altijd met 20. Bij het eerste is dit nummer bezet door Mitch (Bruijsten). Toen Tijn (Jacobs) en ik de overstap naar de hoofdmacht maakten, waren enkel 28 en 41 beschikbaar. Alleen zat het laatste nummer op een veel te groot shirt voor ons beiden. Een potje rock paper scissors bood uitkomst en dus speel ik sindsdien met rugnummer 28.’

Naast wie zit je in de kleedkamer?

‘Naast Mitch (Bruijsten) en Danny (Stempher). Ik heb echt een ideale plek in de kleedkamer. Zo’n beetje in het midden waardoor ik alles prima kan overzien.’ 

Hoe is het om met je broer in een team te spelen?

‘Ninho is een jaar ouder dan ik. Om het jaar zaten we bij elkaar in het team. We waren het dus wel gewend om samen te spelen. Maar nu met z’n tweeën in het eerste is wel iets om heel trots op te zijn.’

Bijnaam in de kleedkamer?

‘Bij het eerste vonden ze dat ik veel op Nardo Nagtzaam leek. Die noemden ze ‘Nardokaantje’. Dus werd ik omgedoopt tot ‘Mocrokaantje of Mocro’. Reno (de Hondt) is de enige die me ‘Delanos’ noemt.’ 

Heb je wel eens gevochten met een tegenstander op het ijs?

‘Hoewel ik niet bekend sta als een vechtersbaas is het wel eens gebeurd. Ik schroom niet om een tegenstander uit de tent te lokken met kleine overtredingen als de scheidsrechter net de andere kant opkijkt of door tegen hem aan te praten. In de jeugd liet ik mijn handschoenen nog wel eens vallen, maar vorig jaar in het laatste finaleduel tegen Landshut was het ook raak. Die jongen (Luis Schinko) daagde me uit. We kregen allebei een double minor voor roughing.’ 

Hoeveel sticks gebruik je tijdens een seizoen?

‘Afgelopen seizoen sneuvelden er 8. Dus dat valt reuze mee. Er zijn jongens die dat aantal in een maand halen.’

Wat is de mooiste ijsbaan waar je ooit hebt gespeeld?

‘Het Canadian Tire Center in Ottawa, thuisbasis van de Senators. Echt een prachtig stadion! We speelden met een gelegenheidsteam een toernooi in Canada. Ter voorbereiding oefenden we onder andere in Ottawa. Het maakte zoveel indruk dat ik zelfs nog weet dat het duel in een 1-1 gelijkspel eindigde.’

Wat is jouw favoriete NHL-team?

‘Chicago Blackhawks, maar dat komt eigenlijk alleen maar omdat Patrick Kane daar speelt. 6 jaar oud was ik toen hij zijn debuut maakte in de National Hockey League. Ik zag filmpjes van hem op YouTube en was meteen verkocht. Hij is zo ongelofelijk creatief en zet tegenstanders compleet voor schut. Op volle snelheid doet hij dingen met de puck waarvan ik alleen maar kan dromen.’ 

Hoeveel uur per dag besteed je aan social media?

‘Vijf, zes uur op een dag, denk ik. Best wel veel eigenlijk, als ik het zo zeg. Zodra ik ’s ochtends wakker wordt, pak ik mijn telefoon en check mijn WhatsApp, Facebook, Instagram en Snapchat. Ik volg vooral. Zelf iets posten gebeurt niet vaak.’

Naar welke muziek luister je het vaakst?

‘Ik hou van Nederhop (Lil’ Kleine of Frenna), maar ook nummers van Tino Martin zing ik mee. En zo af en toe luister ik naar techno. Mijn muzieksmaak is dus echt heel breed.’

In welke film zou je de hoofdpersoon willen zijn?

‘In ‘The Fast and the Furious’. Ik heb ze zo vaak gezien, maar nog vervelen ze niet. Die stunts en straatraces zijn echt geweldig om naar te kijken.’ 

Met wie zou je een beschuitje willen eten?

‘Met Demi de Boer, de oudste dochter van Ronald de Boer.’ 

Welk tv-serie moeten we volgens jou zeker kijken?

‘Suits.’ 

Favoriete junkfood?

‘De hot wings en burgers van KFC.’ 

Waar geef je te veel geld aan uit?

‘Aan merkkleding en schoenen. Kleren vooral van Dsquared2 en schoenen variëren van sneakers tot nette schoenen.’ 

Wat is het beste advies dat je van jouw ouders hebt gekregen?

‘Vriendelijk zijn en respect hebben voor anderen.’

Wat zou je absoluut niet kunnen missen?

‘Mijn ouders. Ze hebben zoveel voor me gedaan. Niets was of is te veel.’ 

In de vorige editie van 24 vragen aan was Tijn Jacobs aan de beurt. Hij vroeg zich af waarom jij zoveel slechter bent in Fortnite dan hij?

‘Ik speel veel online met Gio, mijn neefje Justin en Tijn. Dat gaat er soms fel aan toe want we willen allemaal winnen. Tijn is het minst fanatiek. Hij vindt het vooral gezellig om online te zijn en te ouwehoeren met elkaar. Ik laat hem soms dan ook maar expres winnen. Zijn vraag was volgens mij vooral bedoeld om te dollen.’

Wie is de volgende speler, coach of begeleider die we volgende week 24 vragen moeten voorleggen?

‘Mitch Bruijsten.’

Welke vraag wil je aan Mitch stellen die we volgende week 24 vragen gaan voorleggen?

‘Je hebt altijd veel gescoord in jouw carrière. Welke is jou bijgebleven als de mooiste of meest belangrijke?’