(Oud-)Trappers over Nick de Ruijter
‘Als hij erin slaagt fit te worden, ontvangt iedereen hem met open armen.’
Vrijwel alle mensen binnen Tilburg Trappers zijn het erover eens: Nick de Ruijter was een belangrijk onderdeel van het Tilburgs ijshockeybolwerk de afgelopen tien jaar. Daarnaast is men ook positief over zijn persoonlijkheid buiten het ijs.
DIEDERICK HAGEMEIJER:
‘Ik las zijn artikel op de Trappers website, maar hij doet zichzelf te kort als hij zegt dat hij niet talentvol was. Hij was positioneel sterk, bezat een neusje voor de goal en verdedigend verzaakte hij nooit. In de voorbereidingswedstrijden legde hij er elk jaar achteloos een paar in. Toch eiste hij nooit een andere rol op. Dat kenmerkt Nick. Een teamplayer pur sang! Iedereen is belangrijk binnen een team, maar jongens als Nick en Maarten Brekelmans waren zeldzaam. Zij vormden de bouwstenen binnen het team.
Er waren weinig jongens in een wedstrijd die meer hits hadden dan ik, maar Nick was er daar wel vaak een van. Ik vond het altijd geweldig om te zien dat hij van de andere kant van de ijsbaan snelheid maakte en een van de grootste jongens van de tegenstander platreed. Daar kon ik wel van genieten. Daarmee was hij tegelijkertijd ook wel zijn eigen vijand. Heb best wel wat gesprekken met hem gehad. ‘Probeer het fysieke wat te doseren. Het hoeft niet elke shift. Dat kan ook om de andere shift’, vertelde ik hem dan. Maar Nick ging voor goud. Hij wilde winnen. Altijd!!
THEO VAN GERWEN:
‘Treurig natuurlijk dat hij op deze manier afscheid moet nemen. Ik ken Nick nog vanuit de U8 waar ik hem heb leren schaatsen. Vanuit die generatie is hij samen met Mickey Bastings overgebleven. Toen al straalde hij met zijn tomeloze inzet. Voor Tilburg is hij een belangrijke speler geweest. Zijn speelwijze zorgde voor onrust bij de tegenstander waar anderen weer van konden profiteren. Het eerste team zal hem missen in de kleedkamer. Hopelijk heeft Nick ambities om de jeugd van Tilburg Trappers te gaan trainen. Hij lijkt me daar uitermate geschikt voor.’
DANNY STEMPHER:
‘Het is een speler, die je beter in je team dan bij de tegenstander kunt hebben. Als je tegen hem speelt, mis je hem totaal niet. Hij was een van de beste in wat hij deed. Je weet dat hij snel is. Dat hij je gaat raken. Hij komt hard en doet je pijn. Hij heeft me in Eindhoven ook wel eens voor mijn ballen gereden. Het was een van de hardste checks die ik in mijn carrière gehad heb. ‘Dadelijk kom ik nog een keer’, zei hij na die hit. Zo is Nick.
Zonde, maar gezondheid gaat altijd boven alles. Iedereen die Nick kent, weet dat hij een Trappershart heeft. Voor dergelijke spelers is er altijd plaats in het team. Zulke jongens heb je nodig. Als over een half jaar hoofdpijn over is, is er niemand in het team die zegt dat hij niet welkom is. Als hij erin slaagt fit te worden, ontvangt iedereen hem met open armen.’
MICKEY BASTINGS:
‘Voor mij is zijn afscheid extra moeilijk omdat we generatiegenoten zijn. Vanaf ons zesde jaar spelen we al samen. We hebben alles samen meegemaakt. Verder voelt zijn afscheid oneerlijk. Het is een beslissing die voor en niet door hem wordt genomen. Het zal niet meevallen zijn plek op te vullen. Nick was een top gast in de kleedkamer, die daarnaast op het ijs streed voor elke centimeter ijs.’
BOB TEUNISSEN:
Voor de manier waarop hij met z’n rol in het team is om gegaan heb ik altijd heel veel respect gehad. Wat hij zelf zegt in het stukje op de site vind ik prachtig. Zelf durven zeggen dat je misschien niet de beste was en niet het meeste talent had maar je schikken in een rol waarmee je niet altijd in de spotlights staat en het ‘vuile’ werk opknappen; dat is pas karakter. Daarmee heeft hij zijn waarde aan z’n teammaten jaar in, jaar uit wel bewezen.
Vergis je niet, hij kan ook serieus goed ijshockeyen. Ik heb altijd graag met hem samen gespeeld. Zo’n gast is goud waard voor een team en die gaan we echt enorm missen. Mijn beste herinneringen zijn uit een groepsapp waarin bepaalde dingen werden gedeeld die ik maar niet openbaar moet maken. Nick en een paar anderen weten wel wat ik bedoel, haha. Buiten dat alles is Nick ook echt een goeie kerel. Ik hoop voor hem dat hij snel weer de oude is.’
MAARTEN BREKELMANS:
‘Dat iemand moet stoppen door een blessure is per definitie erg. Een hoofdblessure maakt het alleen maar erger. Ik weet hoeveel Nick om ijshockey geeft en daarom heb ik medelijden met hem. Over iemand die na tegenslagen zo vaak weer opkrabbelt en elke dag alles gaf, kan ik niets slechts zeggen. Nick staat altijd klaar om je te helpen en was een sfeermaker in de kleedkamer.
Dit is zeker niet het afscheid dat hij verdiende. Toch kan hij terugkijken op een prachtige loopbaan met veel prijzen waarbij zijn aandeel altijd groot was. Jarenlang was hij degene die voorop ging in de strijd en nooit opgaf wat naar mijn mening model stond voor het succes van Trappers. Een mooi voorbeeld hiervan gebeurde in een duel tegen HYS The Hague die destijds Alex Henry in hun gelederen hadden. Nadat Nick hem in een shift hard geraakt had, schrok de boomlange Canadese verdediger de volgende shift zo erg dat hij zijn eigen keeper Tomas Pek vol het doel uit reed Ik denk niet dat er veel waren die Henry zo durfde te hitten. Laat staan hem ook nog zo te laten schrikken.’
RENO DE HONDT:
‘Een oorkap in ongeveer hetzelfde als een bitje. Het zit niet in de weg, maar toch spelen veel jongens zonder. Terwijl het, zoals nu blijkt, wel je ijshockeycarriere kan redden. De beste speler ter wereld, Sidney Crosby, speelt wel met een helm met oorkap. Dat zet je nu even aan het denken, maar als de competitie weer begint, ben je dat vaak weer vergeten.
Helemaal als een verrassing kwam zijn stoppen niet voor me. Gedurende de zomer heb ik hem paar keer gesproken hoe het met hem ging. Dat zag er niet goed uit. Zijn verdriet is hard om te zien. Hij wil niet stoppen, maar moet stoppen. Nick is geen vervelende jongen! Niet in de omgang en zeker niet in de kleedkamer. Net zoals Peter (van Biezen), Diederick (Hagemeijer) en Ivy (van den Heuvel) zal Nick altijd een teamgenoot blijven.’
PETER VAN BIEZEN:
‘Ik kan me nog een duel in Duitsland herinneren. Echt een zaadwedstrijd was dat. Nick kreeg nagenoeg geen ijstijd die avond. Hij zat echt te koken op de bank. Bij die club boven in het restaurant hing een grote televisie en Nick was de uitzending op het scherm aan het volgen want hij zat zich op te vreten. Ik probeerde hem bij de les te houden met kreten als ‘dat kun je niet maken, blijf gefocust en jouw tijd komt zo nog wel.’ Het enige dat ik van Nick terug hoorde was ‘Ik ben er helemaal klaar mee, Backcheck.’ Plotseling zei Bo dat hij het ijs op moest. Prompt scoorde hij de winnende treffer en kwam hij breed lachend terug naar de bank. Typisch Nick!!
Nick is eigenlijk een heel complete speler. Maar hij onderschatte zijn eigen kwaliteiten. Altijd heeft hij zich weggecijferd voor het team. Nooit eiste hij een plek in de eerste of tweede lijn op. Voor de buitenwereld viel hij nooit op, maar in de kleedkamer des te meer, Dankzij deze jongen met een groot Trappers hart konden andere jongens in de schijnwerpers staan. Hopelijk blijft hij behouden voor Tilburg Trappers en kan hij samen met jongens als Diederick, Bjorn en Ivy de Trappers cultuur blijven bewaken en doorgeven aan de toekomst.’